Abstract
In dit arrest bevestigt de Hoge Raad dat een machtiging van een rechter-commissaris is vereist voor het vorderen van verkeers- en locatiegegevens ook al staat dit niet in de wet. Voorheen was een bevel van officier van justitie voldoende. Ook stelt de Hoge Raad drie prejudi- ciële vragen aan het Hof van Justitie over het toepas- singsbereik van Richtlijn 2002/58/EG, de definitie van ‘ernstige criminaliteit’, en de drempel voor het ver- strekken van verkeers- en locatiegegevens voor opsporingsdoeleinden. In de annotatie gaan de auteurs in op de gevolgen van het arrest voor de strafrechtspraktijk en betogen zij dat het arrest bredere gelding moet krijgen.
| Original language | Dutch |
|---|---|
| Article number | 186 |
| Pages (from-to) | 343-350 |
| Number of pages | 8 |
| Journal | Computerrecht: Tijdschrift voor Informatica, Telecommunicatie en Recht |
| Volume | 2022 |
| Issue number | 5 |
| Publication status | Published - Oct 2022 |
Keywords
- data protection
- privacy
- communicatiegeheim
- verkeersgegevens
- locatiegegevens
- opsporing