Abstract
De toeslagenaffaire geeft aanleiding om de rechtsbescherming van de burger tegen avv’s nader te onderzoeken en – waar nodig – te verbeteren. Het openstellen van rechtstreeks beroep tegen avv’s wordt gezien als een verbeterpunt in de terughoudende toetsing van wetgeving door de bestuursrechter. Deze mogelijkheid kan leiden tot het versterken van de rechtsbescherming van burgers in concrete gevallen. Toch heeft de wetgever deze bepaling tot op heden in stand gelaten. Om te concluderen of art. 8:3, eerste lid Awb kan worden geschrapt, zijn de volgende deelvragen onderzocht:- zijn de argumenten van de wetgever om dit artikel (bij de invoering van de Awb in 1994) op te nemen, inmiddels achterhaald?
- is de rechtsgang bij de burgerlijke rechter om via een onrechtmatige daadsactie tegen een avv op te komen, nog wel zinvol?
- is de exceptieve toetsing van avv’s door de bestuursrechter geïntensiveerd?
- wat is het evidentiecriterium en kan dit een instrument zijn om het algemene belang (de rechtszekerheid van avv’s) te waarborgen wanneer rechtstreeks beroep tegen avv’s open wordt gesteld?
Date of Award | 3 Jun 2022 |
---|---|
Original language | Dutch |
Awarding Institution |
|
Keywords
- art. 8:3, eerste lid Awb
- algemeen verbindende voorschriften
- exceptieve toets
- terughoudend
- indringend
- evidentiecriterium
Master's Degree
- Master Rechtsgeleerdheid