De ketenregeling van de WWZ: Europaproof?

  • Nynke Van der Veen

Student thesis: Master's Thesis

Abstract

Voldoet art. 7:668a BW aan het Europees recht? De leden 1, 2, 3, 4, 5, 7, 8, 9 en 10 voldoen daaraan. Art. 7:668a lid 6 BW staat op gespannen voet met de Richtlijn 1999/70/EG dat misbruik van opeenvolgende arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd tegen gaat, omdat geen van de door de lidstaten in te voeren maatregelen in die bepaling is opgenomen. Bij ieder gebruik van lid 6 moet worden beoordeeld of daar een objectieve reden voor is. Artikel 7:668a lid 11 is in strijd met de Richtlijn 1999/70/EG, omdat daarin geen van de vereiste maatregelen is opgenomen. De uitzondering van lid 11 kan niet worden aangemerkt als een objectieve reden, doordat onvoldoende is onderbouwd dat deze maatregel passend en noodzakelijk is. Lid 11 is tevens in strijd met de Richtlijn 2000/78/EG welke onderscheid op grond van leeftijd verbiedt, omdat er geen objectieve rechtvaardiging voor is. Daarnaast is lid 11 in strijd met de Richtlijn 1997/81/EG, omdat in die bepaling verboden onderscheid wordt gemaakt op grond van arbeidsduur, terwijl er geen objectieve rechtvaardiging voor is. Er kan rechtstreeks een beroep worden gedaan op het discriminatieverbod op grond van leeftijd, waardoor lid 1 buiten toepassing moet worden gelaten.
Date of Award15 Mar 2016
Original languageDutch
Awarding Institution
  • Department of Private Law

Master's Degree

  • Master Rechtsgeleerdheid

Cite this

'