Wanneer een werkgever zich door bedrijfseconomische redenen genoodzaakt ziet om één of meerdere werknemers te ontslaan, dan zal de werkgever zich moeten wenden tot het UWV. Het UWV toetst op basis van het Burgerlijk Wetboek, de Ontslagregeling en de Uitvoeringsregels Ontslag om bedrijfseconomische redenen of de werkgever in aanmerking komt voor een ontslagvergunning. Pas na afgifte van de ontslagvergunning kan de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig door de werkgever worden opgezegd. Onderdeel van het toetsingskader van het UWV bij ontslag wegens bedrijfseconomische redenen is de raadpleging van de medezeggenschap door de werkgever. Het UWV beoordeelt op basis van de Uitvoeringsregels Ontslag om bedrijfseconomische redenen bij de ontvangst van een ontslagaanvraag of de werkgever zich heeft gehouden aan de verplichting tot raadpleging van de medezeggenschap die voortvloeit uit de Wet op de ondernemingsraden (WOR). Is dat niet het geval, dan verklaart het UWV de ontslagaanvraag ‘prematuur’, waarop ingevolge de Uitvoeringsregels ontslag om bedrijfseconomische redenen 2023 een weigering van de ontslagvergunning volgt. Ook kan er tijdens behandeling in de fase van hoor- en wederhoor tussen werkgever en werknemer duidelijk worden dat werkgever zich niet heeft gehouden aan de regels met betrekking tot raadpleging van medezeggenschap uit de WOR. Het UWV kan in dat geval het al dan niet hebben voldaan aan de verplichting tot raadpleging medezeggenschap bij de beslissing op de ontslagaanvraag betrekken. Het is dan de vraag of het UWV ook na een inhoudelijke procedure de ontslagvergunning kan weigeren omdat werkgever zich niet heeft gehouden aan de regels die voortvloeien uit de WOR ten aanzien van de raadpleging medezeggenschap. Omdat de medezeggenschap van werknemers voortvloeit uit de WOR, een wet met een geheel eigen beoordelingskader en beroepsmogelijkheden, worden er in de literatuur twijfels geuit over het beoordelingskader en de kennis van het UWV op dit gebied. Ook wordt er gediscussieerd over het al dan niet bestaan van een wettelijke grondslag voor de inmenging van de WOR in de individuele bedrijfseconomische ontslagprocedure. Centraal in dit onderzoek staat de vraag hoe het UWV de verplichting tot raadpleging van medezeggenschap op basis van de WOR beoordeelt, en op basis van welke wettelijke grondslag het UWV deze beoordeling uitvoert. Op basis van de onderzoeksresultaten wordt een eigen standpunt over de medezeggenschapsverplichting in de bedrijfseconomische ontslagprocedure ingenomen.
Date of Award | 6 Dec 2023 |
---|
Original language | Dutch |
---|
Awarding Institution | - Department of Private Law
|
---|
- Bedrijfseconomische omstandigheden
- Opzegging arbeidsovereenkomst
- Ontslagvergunning
- UWV
- Wet op de ondernemingsraden
- Medezeggenschap
De medezeggenschapsverplichting in de ontslagprocedure wegens bedrijfseconomische
Hoogervorst, L. M. E. (Author). 6 Dec 2023
Student thesis: Master's Thesis