Tijdens de totstandkoming van de wettekst over misbruik van omstandigheden (art. 3:44 lid 4 BW) is het nadeelvereiste, zonder overtuigende basis, geschrapt. Bij de beoordeling of sprake is van dit wilsgebrek kan het geleden nadeel wel een belangrijke rol spelen. Dit is voor het wilsgebrek bedreiging, waar de term ‘nadeel’ wel in de wettekst is opgenomen, niet anders. In de Wet oneerlijke handelspraktijken lijkt nadeel een minder belangrijke rol te spelen. Deze Nederlandse situatie is in deze scriptie vergeleken met art. II – 7:207 DCFR. Hierin wordt nadeel (of in dat geval ‘voordeel’) wel specifiek benoemd. De nationale wetgever zou deze Europese modelregeling kunnen volgen en de wettekst kunnen aanpassen. Het verdient echter aanbeveling aanmerkelijke onevenwichtigheid tussen partijen, waarmee buitensporig voordeel kan worden behaald, niet via het algemene leerstuk misbruik van omstandigheden aan banden te leggen. Het lijkt raadzamer dit op specifieke terreinen te doen. Buiten die terreinen is het aan de rechter om te oordelen of het geleden nadeel in de voorgelegde situatie voldoende gewicht in de schaal legt om een wilsgebrek aan te nemen.
Date of Award | 10 Feb 2023 |
---|
Original language | Dutch |
---|
Awarding Institution | - Department of Private Law
|
---|
- Misbruik van omstandigheden
- Nadeel
- DCFR
- Justum pretium
- pacta sunt servanda
- contractueel evenwicht
De rechtvaardige prijs in de rechterlijke gereedschapskist : Een onderzoek naar de rol van het nadeelbegrip bij misbruik van omstandigheden en de verhouding hiervan tot het DCFR
van der Hoeven, W. G. M. (Author). 10 Feb 2023
Student thesis: Master's Thesis