Abstract
In dit onderzoek is onderzocht of nieuwe wet- en regelgeving noodzakelijk is ten aanzien van de verplichtingen van een mediator gedurende een mediationtraject. Mogelijk is een mediator op basis van de huidige wet- en regelgeving al gebonden aan de verplichtingen genoemd in de hoofdbeginselen van het burgerlijk procesrecht zodat aanvullende wet- en regelgeving niet noodzakelijk is.Op basis van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en art. 6 lid 1 EVRM is een mediator niet gebonden aan de hoofdbeginselen van het burgerlijk procesrecht en de daarin opgenomen verplichtingen.
Een mediator dient op basis van de mediationovereenkomst en art. 7:401 BW wel te handelen zoals een redelijk bekwaam en redelijk handelend mediator zou handelen.
Uit de huidige wet- en regelgeving en de beschikbare jurisprudentie is echter moeilijk vast te stellen welke verplichtingen een redelijk bekwaam en redelijk handelend mediator heeft.
Aanvullende wet- en regelgeving moet de verplichtingen van een redelijk bekwaam en redelijk handelend mediator verduidelijken zodat vastgesteld kan worden wanneer een mediator voldoet aan art. 7:401 BW.
In het onderzoek is vastgesteld welke verplichtingen een redelijk bekwaam en redelijk handelend mediator heeft. Deze verplichtingen dienen opgenomen te worden in de aanvullende wet- en regelgeving, namelijk in boek 7 onder titel 7 van het Burgerlijk Wetboek.
Date of Award | 29 Jun 2020 |
---|---|
Original language | Dutch |
Awarding Institution |
|
Keywords
- Mediation
- mediator
- opdrachtnemer
- burgerlijk procesrecht
- hoofdbeginselen en verplichtingen
Master's Degree
- Master Rechtsgeleerdheid