Abstract
Doxing is het verzamelen van andermans persoonsgegevens om deze vervolgens te publiceren met een onethisch doeleinde, veelal met een kwaadwillend en intimiderend doel. Vandaar dat recentelijk een het Wetsvoorstel Strafbaarstelling Doxing is ingediend waarmee ingevolge artikel 285d doxing strafbaar gesteld wordt. Deze nieuwe strafbaarstelling is sinds 1 januari 2024 te vinden in het Wetboek van Strafrecht.De noodzaak van deze zelfstandige strafbaarstelling blijft echter een vraag in het licht van andere bestaande strafbepalingen en alternatieven op het strafrecht. In deze scriptie wordt daarom aan de hand van de criteria voor strafbaarstelling van Buisman getoetst of de zelfstandige strafbaarstelling van doxing noodzakelijk is.
Door middel van een uitgebreide literatuurstudie wordt onderzocht of de zelfstandige strafbaarstelling van doxing voldoet aan het criterium van onrechtmatigheid (noodzaak vanuit positieve verdragsverplichtingen), het criterium van de interne subsidiariteit (vergelijkende analyse van de strafbaarstelling van doxing met andere bestaande strafbaarstellingen) en aan het ultima ratio-beginsel (mogelijke alternatieven op de strafrechtelijke aanpak).
Date of Award | 20 Feb 2024 |
---|---|
Original language | Dutch |
Awarding Institution |
|
Keywords
- wetsvoorstel strafbaarstelling Doxing
- Doxing
- criteria voor strafbaarstelling
- onrechtmatigheid
- interne subsidiariteit
- ultima ratio-beginsel
Master's Degree
- Master Rechtsgeleerdheid