Effect van Plugged-in en Unplugged Programmeerbenaderingen op Computational Thinking Skills bij Kleuters en de Impact van Samenwerken versus Individueel Werken

Abstract

De integratie van computationele vaardigheden in Vlaamse en Nederlandse curricula daagt onderwijsgevenden en onderzoekers uit om na te denken over een efficiënte didactische aanpak om deze vaardigheden succesvol te implementeren in de klaspraktijk. Huidig wetenschappelijk onderzoek is echter eerder gericht op lager, middelbaar en hoger onderwijs. Het belang van het ontwikkelen van computationeel denken (CT) bij jonge kinderen en de kennislacune hierrond geven richting aan dit onderzoek. Het doel van deze studie is om na te gaan wat het effect is van een plugged-in versus unplugged programmeerbenadering op de ontwikkeling van computational thinking skills, en in welke mate de condities samenwerken versus individueel werken hierbij een impact kunnen hebben. In dit onderzoek werd een quasi-experimenteel researchdesign opgezet. Aan dit kwantitatief onderzoek namen acht Vlaamse klassen van gemiddeld 17 tot 23 vier- tot zesjarige kleuters deel. Om de CT-ontwikkeling van de kleuters te meten, werd een pre- en posttest afgenomen. Het onderzoek bevatte acht interventies van 30 minuten, verspreid over zes weken. Resultaten geven aan dat programmeerinterventies bij kleuters zorgen voor een significante verbetering van de CT-ontwikkeling. Unplugged programmeeractiviteiten blijken in het algemeen effectiever te zijn om de CT-ontwikkeling van kleuters te bevorderen. De impact van samenwerken of individueel werken binnen de plugged-in of unplugged programmeerbenadering is afhankelijk van de CT-(deel)vaardigheden die ontwikkeld moeten worden. Om de impact van het samenwerkingsverband bij kleuters accurater in kaart te brengen, wordt een langdurig vervolgonderzoek aanbevolen.

Date of Award	19 Feb 2025
Original language	Dutch
Awarding Institution	Faculty of Educational Sciences
Supervisor	Nardie Fanchamps (Supervisor)