Intern toezicht voor woningcorporaties met een administratieve scheiding is geen vrijblijvendheid

  • M. Melissen

    Student thesis: Master's Thesis

    Abstract

    De scriptie beantwoordt de vraag “Indien een woningcorporatie kiest voor de administratieve scheiding in diensten van algemeen economisch belang en niet-diensten van algemeen economisch belang, is het intern toezicht op het handelen van de bestuurders van de woningcorporatie, zoals geregeld in de Woningwet 2015, dan het meest passend om onjuist gebruik van maatschappelijk vermogen door de woningcorporatie te kunnen voorkomen?”. Misstanden bij woningcorporaties leiden tot een parlementair onderzoek waarin geconcludeerd wordt dat het intern toezicht bij woningcorporaties heeft gefaald. Tweede ontwikkeling is dat de Europese Commissie besluit dat Nederland het taakveld van de woningcorporatiesector dient aan te passen aan de Europese mededingingsregels. De Woningwet 2015 geeft opdracht aan de woningcorporaties om hun taken te scheiden in Diensten van Algemeen Economisch Belang en Niet-diensten van Diensten van Algemeen Economisch Belang en neemt maatregelen om het toezicht op woningcorporaties te verbeteren. Niettemin blijft er risico bestaan dat intern toezicht faalt. Er zijn twee mogelijkheden om het interne toezicht te versterken. De eerste is werken met een meervoudig bestuur. Tweede is werken met RvC-leden met DAEB-taken en voor RvC-leden met niet-DAEB werkzaamheden.
    Date of Award19 Sept 2017
    Original languageDutch

    Keywords

    • woningwet 2015
    • toezicht
    • mededingensregels
    • woningcorporaties
    • staatssteun
    • DAEB

    Master's Degree

    • Master Rechtsgeleerdheid

    Cite this

    '