In deze scriptie is onderzocht of de bijzonderheden van medisch genetisch onderzoek het gelet op het beginsel van zelfbeschikking van de patiënt noodzakelijk maken dat te dien aanzien in art. 7:448 BW (informatieplicht hulpverlener) specifieke bepalingen worden opgenomen. Het antwoord op deze vraag luidt bevestigend, omdat art. 7:448 BW in dit verband leemten kent. Dit artikel speelt op de eerste plaats niet in op de mogelijke ingrijpende gevolgen van genetisch onderzoek en de relevantie hiervan in het besluitvormingsproces van de patiënt. Er dient in dit verband een vergewisplicht te worden opgenomen, omdat een goed begrip van de verkregen informatie de kern van zelfbeschikking raakt. Daarnaast dient in art. 7:448 BW de verplichting te worden opgenomen, de patiënt erop te wijzen dat de uitslag van genetisch onderzoek ook altijd ziet op de gezondheidstoestand van zijn familieleden, alsmede de verplichting hem hier desgewenst nadere informatie over te verstrekken. Ook de afwezigheid van deze verplichting wijst op een leemte, omdat hier de kern van zelfbeschikking wordt geraakt als de patiënt rekening wenst te houden met zijn verwanten, wat niet zelden het geval zal zijn.
Date of Award | 9 Oct 2021 |
---|
Original language | Dutch |
---|
Awarding Institution | - Department of Private Law
|
---|
- DNA-onderzoek
- informatieplicht
- hulpverlener
- zelfbeschikkingsbeginsel
- patiënt
- Art. 7:448 BW
Medisch genetisch onderzoek en de wettelijke informatieplicht van de hulpverlener : Is art. 7:448 BW ten aanzien van de gevallen waarin het DNA van de patiënt wordt onderzocht in voldoende mate afgestemd op de onderliggende zelfbeschikkingsvisie?
van Dijk - Vinckx, K. (Author). 9 Oct 2021
Student thesis: Master's Thesis