Gedurende de bevalling kunnen verschillende medische interventies worden toegepast om de bevalling zo spoedig mogelijk te beƫindigen indien er sprake is van een foetale noodsituatie. De medische interventies kunnen alleen worden toegepast via het lichaam van de zwangere vrouw. Volgens de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst dient elke arts toestemming te vragen alvorens een medische behandeling mag worden uitgevoerd. De zwangere vrouw heeft dus het recht om een behandeling te weigeren. Zij heeft het recht om te beslissen over haar eigen lichaam. Wanneer zij een medische interventie weigert, heeft deze weigering niet alleen gevolgen voor haar, maar ook voor haar ongeboren kind. Vanuit de literatuur en de jurisprudentie wordt verdedigd dat een ongeboren kind bepaalde rechtsbescherming geniet. Het tuchtcollege heeft bepaald dat de begeleiding gedurende een bevalling ook ziet op de gezondheid van het ongeboren kind, waardoor het in de praktijk niet werkbaar is om voor elke handeling toestemming te vragen. Het zelfbeschikkingsrecht van de zwangere vrouw wordt dus beperkt ten behoeve van het ongeboren kind.
Date of Award | 16 Nov 2023 |
---|
Original language | Dutch |
---|
Awarding Institution | - Department of Private Law
|
---|
- informed consent
- medische interventies
- bevalling
- rechtsbescherming
- ongeboren kind
- Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst
Medische interventies gedurende de bevalling: de rechten van de zwangere vrouw versus de rechten van het ongeboren kind
de Paus, B. (Author). 16 Nov 2023
Student thesis: Master's Thesis