Abstract
De centrale hoofdvraag die getracht is te beantwoorden is of de voorgestelde wetgeving met betrekking tot vastleggen van persoonsgegevens uit publiek toegankelijke bronnen in strijd is met het recht op privacy.De voorgestelde wetgeving tot onderzoek in publiek toegankelijke bronnen staat vooral onder druk als het gaat om de vereiste dat de wetgeving voldoende precies en voorzienbaar moet zijn. De tekortkomingen zijn het gevolg van onduidelijkheden bij de volgende onderdelen:
- Het is niet voldoende precies en voorzienbaar of de bevoegdheid tot onderzoek in publiek toegankelijke bronnen kan worden uitgeoefend op grond van de algemene taakstelling of dat deze bevoegdheid kan worden gevonden in speciale BOB-wetgeving;
- Het is niet voldoende precies en voorzienbaar op grond van welke wettelijke regeling de bevoegdheid tot stelselmatig onderzoek in publiek toegankelijke bron kan worden uitgeoefend;
- Het is niet voldoende precies en voorzienbaar wat de definitie en reikwijdte is van een publiek toegankelijke bron.
Gelet op het vorenstaande is het zeer twijfelachtig of het met deze tekortkomingen gerechtvaardigd is om een inbreuk te maken op iemands recht op privacy (8 EVRM).
Date of Award | 19 Aug 2020 |
---|---|
Original language | Dutch |
Keywords
- privacy
- publiek
- toegangelijke bron
- wetsvoorstel
- persoonsgegevens
Master's Degree
- Master Rechtsgeleerdheid