Abstract
In dit onderzoek staat de objectificatie van Emma Hamilton (1765-1815) tegen de achtergrond van het achttiende-eeuwse libertinisme centraal. Het libertinisme werd in de achttiende eeuw geassocieerd met vrijdenkers als Diderot, die religie ter discussie stelden. Zij verwierpen de conventionele religieuze moraal en bekritiseerden het idee van de erfzonde en van vergelding. Niet oude autoriteiten zouden de leidraad moeten zijn van menselijke kennis en gedrag, maar directe observatie en fysieke ervaring - zoals de ervaring van seks. Deze ‘bevrijding’, en daarmee het ontbreken of negeren van een (collectief) moreel kompas, was problematisch voor vrouwen. Zij werden beschouwd als een middel om een doel te bereiken, om gemanipuleerd en verworpen te worden. Het achttiende-eeuwse libertinisme weerspiegelt derhalve een houding ten opzichte van de seksualiteit van vrouwen die buitengewoon instrumenteel is.In een casestudy wordt het leven van Emma Hamilton, een in economisch en sociaal opzicht kwetsbare vrouw, in het perspectief van objectificatie geplaatst. Objectificatie is door de Amerikaanse filosoof Martha C. Nussbaum gedefinieerd als de wijze waarop vrouwen als objecten, dingen of handelswaar worden gezien en behandeld. Het betreft een manier van spreken, denken en handelen die moreel of sociaal verwerpelijk is, en veelal een seksuele connotatie bevat. Uit de casestudy is gebleken dat Emma Hamilton omringd werd door Britse, aristocratische libertijnen die openlijk seks zochten buiten het (verstands)huwelijk, die haar op verregaande wijze objectificeerden en daardoor dehumaniseerden. Nussbaum onderscheidt acht manieren waarop een persoon kan worden beschouwd en behandeld als een object. Deze noties zijn instrumentalisering, ontkenning van autonomie, inertie (wat zoveel betekent als ervan uitgaan dat de ander niet in staat is zelfstandig te handelen), inwisselbaarheid, aantastbaarheid, (de beschouwing van iemand als) eigendom, ontkenning van subjectiviteit (waarbij degene die objectificeert de ervaringen en gevoelens van de ander negeert) en het zwijgen opleggen. Al deze noties zijn aanwijsbaar in de behandeling van Emma Hamilton en haar keepers.
Door instrumenteel gebruik van personen, wordt de ander (in dit onderzoek Emma Hamilton) autonomie ontnomen en door een gebrek aan verbeeldingskracht wordt de ander subjectiviteit ontnomen, vergelijkbaar met slavernij. Emma Hamilton werd verworpen als men op haar uitgekeken was, geruild tegen financieel gewin, ingezet als erotisch vermaak en veroverd als trofee: 'exchanged between aristocrats like a luxury object'.
Date of Award | 25 Sept 2023 |
---|---|
Original language | Dutch |
Supervisor | Jeroen Vanheste (Supervisor) & Femke Kok (Examiner) |
Keywords
- objectificatietheorie
- litertinisme
- Emma Hamilton
Master's Degree
- Master Kunst en Cultuurwetenschappen