Abstract
In deze scriptie is onderzocht of er in het bestuursrecht sprake is van een wederkerige bestuursrechtelijke rechtsbetrekking. Duidelijk is geworden dat er binnen de bestuursrechtelijke rechtsbetrekking sprake kan zijn van wederkerige interactie. De wederkerigheid kan echter geen zelfstandige basis bieden om ongeschreven burgerplichten aan te nemen. Dergelijke plichten moeten teruggeleid kunnen worden tot een wettelijk kader. Ook zal bij bestuursoptreden waar een beroep wordt gedaan op wederkerigheid in overeenstemming met de bestuursrechtelijke beginselen moeten zijn. Bij het horizontaal toezicht van de Belastingdienst wordt een beroep gedaan op wederkerigheid. Dit toezicht is aanvaardbaar zolang binnen de wettelijke kaders en het toezichtbeleid wordt gehandeld. Het wetmatigheid- en gelijkheidsbeginsel vormen wel een beperking op de reikwijdte van wederkerigheid ten aanzien van het horizontaal toezicht.Ondanks de wederkerige elementen in het bestuursrecht kan niet gesproken worden van een wederkerige bestuursrechtelijke rechtsbetrekking. Dit suggereert namelijk een gelijkwaardige relatie waarbij partijen over en weer ongeschreven zorgvuldigheidsplichten hebben ten opzichte van elkaar, vergelijkbaar met het privaatrecht. Hiermee wordt zowel de legitimerende- als de waarborgfunctie van het bestuursrecht op onaanvaardbare wijze uitgehold.
Date of Award | 24 May 2022 |
---|---|
Original language | Dutch |
Awarding Institution |
|
Keywords
- wederkerigheid
- bestuursrechtelijke rechtsbetrekking
- ongeschreven burgerplichten
- horizontaal toezicht
- wetmatigheidsbeginsel
- gelijkheidsbeginsel
Master's Degree
- Master Rechtsgeleerdheid